Er is sprake van groepsimmuniteit voor een infectieziekte als een zodanig groot deel van de bevolking immuun voor de ziekteverwekker is geworden, dat deze vanzelf verdwijnt. De immuniteit voor de infectie is dan bereikt omdat mensen de ziekte al hebben gehad óf er voor zijn gevaccineerd. Uiteindelijk is het resultaat dat de resterende ziekteverwekkers die nog circuleren te weinig nog infecteerbare personen vinden om de epidemie of pandemie gaande te houden.
Vervolgens dooft de infectie uit en de hele bevolking wordt dan beschermd tegen (her)infecties, ook diegenen die nog geen immuniteit hebben opgebouwd. De ziekteverwekker is immers uitgestorven.
Wanneer is groepsimmuniteit bereikt?
Het benodigde percentage van de bevolking dat immuun voor de ziekteverwekker moet zijn om deze te laten uitsterven verschilt sterk, afhankelijk van het soort virus. Bijvoorbeeld, wanneer een besmette persoon gemiddeld twee anderen met een virus besmet in een populatie die nog geen enkele immuniteit heeft, zal de ziekteverwekker geleidelijk aan uitsterven zodra meer dan 50 procent van de bevolking volledig immuun is geworden.
Hoe besmettelijker een ziekte is, hoe hoger het deel van de bevolking moet zijn dat immuun is om de ziekte te laten uitdoven. Zo is mazelen een uitermate besmettelijke ziekte die pas uitdooft als meer dan ongeveer 95 procent van de bevolking immuun is geworden.
“Bij Covid-19 dooft het virus pas uit als tussen de 60 en 70 procent van de bevolking immuun is, zonder dat er verdere beschermende maatregelen genomen zijn zoals mondkapjes en afstand houden.”
Het bleek met name in het Verenigd Koninkrijk dat het geloof in een natuurlijke opbouw van groepsimmuniteit een rampzalige keuze was, die al snel veel doden tot gevolg had. En als de Britse overheid niet zo snel had bijgestuurd waren er daar waarschijnlijk nu al tienduizenden extra doden te betreuren geweest.
Het is belangrijk te beseffen dat Covid-19 – net als alle andere infecties – uiteindelijk pas kan uitdoven of uitsterven als er voldoende mensen gedurende een voldoende lange tijd immuun zijn geworden, ofwel omdat ze de infectie hebben overwonnen of omdat ze zijn gevaccineerd.
Alleen met vaccinaties te bedwingen
Of Covid-19 vervolgens niet alleen uitdooft maar ook volledig verdwijnt, hangt af of de duur van de groepsimmuniteit lang genoeg aanwezig blijft. Door vaccinaties zijn natuurlijk verschillende ernstige infectieziekten volledig of grotendeels verdwenen; difterie, pokken, polio en meer recent ook mazelen zijn er niet of nauwelijks meer, dankzij vaccinaties.
Toch bestaat er onder veel groepen weerstand tegen vaccinaties en daarom zijn we bijvoorbeeld niet in staat geweest om mazelen en polio volledig uit te roeien. Van tijd tot tijd steken deze virusziektes weer de kop op in gemeenschappen waar een (te) lage vaccinatiegraad bestaat.
Het is bij Covid-19 nog niet bekend in hoeverre genezing, immuniteit en een vaccinatie beschermen tegen een nieuwe infectie op een later tijdstip. Recent onderzoek lijkt er in elk geval op te wijzen dat je na een natuurlijk overwonnen infectie mogelijk tot een aantal jaren immuun voor Covid-19 zou kunnen blijven.
Niet onwaarschijnlijk is het echter dat zowel bij overwonnen infecties als bij vaccinaties, de immuniteit tegen Covid-19 in latere jaren regelmatig moet worden opgepept door aanvullende vaccinaties.
0 reacties