Volgens de meeste wetenschappers bestaan de mensachtigen – waaruit de moderne mens (homo sapiens) is voortgekomen – sinds ongeveer 2,5 miljoen jaar.
Voor zover dat is na te gaan uit historische vondsten, zijn de leefstijl en voeding van de mensachtigen tot ongeveer 10.000 jaar geleden opvallend constant gebleven. Mensen waren tot die tijd zogenaamde jager-verzamelaars, hadden dagelijks een portie lichaamsbeweging en hun voeding bestond vooral uit vlees en vis afkomstig uit de jacht, en vezelrijke groente en fruit zoals die toen in de natuur voorkwamen.
Veranderingen in onze voeding
Vanaf ongeveer 10.000 jaar geleden begon de aard van onze voeding te veranderen.
Mensen bleken in staat om moderne granen te telen zoals mais, gerst, tarwe en rijst, die voortkwamen uit de zaden van de tot dan toe wilde grassen. Deze moderne granen hadden grotere aantallen korrels, die ook nog eens aanzienlijk groter waren dan de oorspronkelijke grassoorten, waardoor ze een zeer hoog gehalte aan koolhydraten bevatten.
Deze nieuwverworven koolhydraatrijke voedingsmiddelen bleken niet alleen voor hoge opbrengsten te zorgen, maar zijn ook nog eens relatief ongevoelig voor bederf. De oogsten konden worden opgeslagen voor latere consumptie, wat uiteraard grote voordelen had. De latere ontdekking van Amerika ervoor zorgde dat aardappelen uit het Andesgebergte naar Europa werd gebracht. Uit het Caribisch gebied werd suiker geïmporteerd.
“Overgewicht en obesitas zijn razendsnel toegenomen tot bij meer dan 50 procent van de volwassen Nederlandse en Belgische bevolking en meer dan 60 procent lijdt aan een of meer chronische ziekten zoals diabetes, hart- en vaatziekten, kanker en gewrichtsklachten.”
Zowel aardappelen als suiker bleken ook aanleiding te geven tot een verdere toename van de consumptie van koolhydraten.
Moderne landbouw en industriële voeding
Na de Tweede Wereldoorlog zorgden nieuwe technieken in de landbouw, zoals mechanisatie, irrigatie, betere zaden, kunstmest en bestrijdingsmiddelen voor een sterke toename in de opbrengst van vooral granen en suikerbieten.
Tegelijkertijd trad er een sociale revolutie op: een kantoorbaan werd de norm en we bewogen steeds minder. De emancipatie van vrouwen zorgde ervoor dat de partners vaker beiden gingen werken, er kwamen meer eenpersoonshuishoudens, en het werk veranderde van productie- naar servicewerk, met in veel gevallen onregelmatige werktijden.
De industrie speelde hierop in door makkelijk en snel te bereiden voeding te ontwikkelen.
Mismatch
We hebben in een zeer korte tijd onze leefstijl en voeding drastisch veranderd, terwijl de natuur ondertussen nauwelijks de kans heeft gehad om onze genen hierop aan te passen.
Er is een mismatch ontstaan tussen wat we zijn en hoe we leven. In feite is hiermee een groot deel van de wereldbevolking op grote schaal betrokken geraakt in een experiment waarbij we zijn gestopt met het dagelijks regelmatig bewegen en begonnen zijn met het eten van industrieel bewerkte voeding.
En naar nu blijkt betalen we er met onze gezondheid een hele grote prijs voor.
Overgewicht en obesitas zijn razendsnel toegenomen tot bij meer dan 50 procent van de volwassen Nederlandse en Belgische bevolking en meer dan 60 procent lijdt aan een of meer chronische ziekten zoals diabetes, hart- en vaatziekten, kanker en gewrichtsklachten.
En, ik zeg het nog maar eens, we hebben daardoor een veel grotere kans op infectieziekten met een groter risico op ernstige complicaties, zoals bij Covid-19.
Deel van de afbeelding afkomstig van Pixabay.
Ik ben toch heel mijn leven, 65 jaar, bewust bezig met gezonde voeding en beweging. Koken met de producten van het seizoen, weinig tot geen snoep. Ik heb een gezond gewicht van 62 kilo.
En toch ben ook ik overvallen door de uitslag van huidkanker, melanoom in een ernstige gradatie.
Dus het is allemaal geen garantie. Ik ervaar het als ‘vette pech of dom geluk’ hebben in het leven.